Vrijheid,
onafhankelijkheid, zelfstandigheid, met andere woorden de volledige
autonomie in handen kunnen hebben en houden, zijn voor mij voorwaarden voor een
gelukkig bestaan om het leven ten volle te genieten.
Nu
zul je worden overvallen door een hartinfarct, hersenbloeding, een
ongeluk of een voortijdige dementie, dus het enige uitzicht is je
geranium en aangewezen zijn op je kinderen, kennissen, vrienden, een
goedwillende passant of de willekeur van de mantelzorg.
Een
beeld van weerzin en walging.
Mijn
voorkeur gaat uit naar een levensbeëindigend pilletje of shotje, maar
nee, daar is voorlopig geen sprake van. De overheid denkt er anders over.
Pas
bij 'ondraaglijk lijden' of een ongeneeslijke ziekte -en dan in de laatste
fase van het leven-zou
de genade kunnen toeslaan: euthanasie.
(Trouwens
wie beter dan ikzelf kan en mag uitmaken wat 'ondraaglijk lijden'
is).
Wat
moet je dan: van het dak afspringen? Voor de trein? Verhanging?
Pistool op je hoofd? Of een langzame gruweldood van versterven?
Wanneer de verpleegtehuizen toch gaan inkrimpen, de bejaardentehuizen
binnenkort niet meer bestaan, gooi dan alsjeblieft de pil van Drion
in het verzekeringspakket of legaal in de verkoop en een ieder neemt
deze tot zich wanneer zijn of haar tijd rijp is.
Bovendien lijkt me dit de ultieme oplossing voor het grote loerende gevaar: de grijze golf.
Hoewel ik geregeld enthousiast achter mijn laptop zit, een blog onderhoud, mijn films bewerk op youtube en graag uitgebreide emails schrijf, zie ik met lede ogen het huidig straatbeeld aan: de steeds meer toenemende verslaving op de smartphone. Zowel wandelend, fietsend, scooterrijdend, moeders met hun bakfiets vol kroost rijdend door rood stoplicht en zelfs achter het stuur in de auto, allen met hun mobiele apparaat in de hand of aan het oor. Een griezelige ontwikkeling. Met die onderweg geobsedeerde mens is nagenoeg geen contact te krijgen. Met verzaligde glimlach vertoeven ze in onzinnige werelden en reageren nauwelijks nog op hun omgeving. Ziende blind, horende doof. Gisteren werd ik geattendeerd op een interessant programma van Brandpunt (afgelopen zondag uitgezonden).
Daar expliceert (kinder)psychiater Compernolle over deze dubieuze ontwikkeling. In zijn visie kan ik me geheel vinden... Quote: Onze kinderen lopen het risico om ‘schermzombies’ te worden. Met die forse claim komt de Belgische neuropsychiater en bedrijfsconsultant Theo Compernolle. Hij ziet dat in een groeiend aantal gezinnen tablets en Ipads als een verkapte babysitter gebruikt worden ‘omdat de kleintjes er zo lekker rustig van worden’. Maar daardoor missen ze een deel van hun ontwikkeling dat ze nooit meer in kunnen halen. Liesbeth Staats over een forse waarschuwing aan de Ipad-generatie. http://brandpunt.kro.nl/seizoenen/2014/afleveringen/05-10-2014/fragmenten/de-digitale-babysit
De wereld van micro-organismen is een fascinerend bestaan. Zouden wij -als mens- denken de macht in handen te hebben? Niets van dat alles. De meest minimale wezentjes op aard hebben het voor 't zeggen. De mug, een 'gewoon' insekt, kan heel wat last veroorzaken. Met veel interesse heb ik het boekMuggelezen van Bart Knols, medisch entomoloog en specialist op gebied van muggen en infectieziekten. Van de cover: Jeukende bulten en slapeloze nachten. Muggen drijven menigeen tot wanhoop. En met het speeksel dat ze tijdens een bloedmaaltijd injecteren, kunnen ze levensbedreigende ziekten overbrengen. Het veranderende klimaat en de toenemende globalisering zorgen ervoor dat ook Nederland zich in de toekomst moet wapenen tegen invasies van nieuwe muggensoorten en tropische aandoeningen. In Mug duikt entomoloog Bart Knols in de fascinerende en genadeloze wereld van deze bloedzuigers. Hij beschrijft hoe muggen het verloop van de wereldgeschiedenis hebben bepaald, hoe onderzoekers ontdekten welke rol muggen spelen bij ziekteoverdracht, en hoe de wetenschap naarstig zoekt naar nieuwe bestrijdingsmethoden: van klamboes en schimmels tot genetische modificatie en sterilisatie van mannetjesmuggen met behulp van radioactieve straling. Mug geeft tevens antwoord op muggenvragen als: beschermt het eten van knoflook of het drinken van bier tegen muggen? En waarom wordt de een altijd gebeten en de ander nooit? Knols beschrijft ook zijn eigen onderzoek waarin hij ontdekte dat Afrikaanse malariamuggen verzot zijn op zweetvoeten en het aroma van Limburgse kaas. Een ontdekking waarvoor hij in 2006 de Ig Nobelprijs ontving. Ook zijn onbegrip over de bureaucratie en laksheid bij overheidsinstanties om muggen te bestrijden, zowel in Nederland als in ontwikkelingslanden, komt ter sprake. Een fascinerend boek, dat eens en voor altijd doet begrijpen waarom we van muggen wakker moeten liggen. inhoud: 1. muggenleed 2. muggenbeetje met een staartje 3. feiten en fabels 4. dood de mug 5. klamboes en frankensteinmuggen 6. de komst van de tijger 7. tropenkoorts in Europa 8.Chinese muggen in het Westland 9. ten srtrijde! Bart Knols Mug uitgeverij: Nieuw Amsterdam
Het leraarschap is gewis geen sinecure en nog onderschat op de koop toe. Bijvoorbeeld: hij/zij geeft 'maar' vijftien uur per week les aan een klas losgeslagen bijdehante over assertieve pubers. Weet dan maar eens orde te houden en de oren gespitst. Het voorbereiden en nakijkwerk van enige uren erbij opgeteld kom je al rustig op een werkweek van tegen de veertig uur. Vragen ze je op school ook nog eens om in te vallen voor een zieke collega, een tijdelijk mentorschap over te nemen, of je in te zetten voor een pauzewacht in plaats van buitenaf de vele vrijwilligers, die staan te dringen, te integreren. Dat is dan nog niet alles: meegaan op werkweek, tafeltjesavonden, bijscholing, nascholing, functioneringsgesprekken, ouderavonden met ouders -die je tot de orde moet roepen- vergaderingen en open dagen op je vrije zaterdag. Dan moet je ook nog spelen voor politieagent, pedagoog, psycholoog en je overwerkte collega's mentaal ondersteunen. Zie dan maar eens bevlogen te blijven en je motivatie niet kwijt te raken.
Dat leraren en masse geen burn-out krijgen is me nog een raadsel.
Het volgende verhaal kwam mij laatst ter ore.
Overwerkte docent: 'ik heb laatst bijna een boswachter vermoord.' Hij liep door het duin om eindelijk te ontspannen na een drukke werkweek, ome boswachter houdt hem aan en vraagt naar zijn duinkaart. Overwerkte docent: 'Die heb ik niet bij me.'
'Dat kost u dan 150 euro meneer,' is het vrolijke antwoord.
'Óf u ligt dadelijk onder de groene zoden óf u rijdt stante pede weg,' repliceert de overwerkte docent.
'Dat is een bedreiging,' zegt de koddebeier en fietst er snel vandoor.
Tien minuten later hoort de overwerkte docent een helikopter naderen, hij springt in de eerste de beste doornenstruik om zich te verstoppen, gelukkig geen brandend braambos, en wacht met kloppend hart in de keel af. Psychiatrische instelling Duin en Bosch is pal in de buurt. De overwerkte docent ziet zich reeds worden afgevoerd in een dwangbuis en houdt zijn adem in.
Nadat het donderend geraas van motoren is verdwenen en de kust veilig lijkt, spoedt de overwerkte docent zich huiswaarts.
Van de cover:
Odette is de meest gehate vrouw van België. Ze zit in de gevangenis voor medeplichtigheid aan een ophefmakend zedenmisdrijf. Ze werd meegesleept door M; haar man en de vader van haar drie kinderen. Nooit heeft ze hem tegengehouden, ze deed alles wat hij haar opdroeg. Of bijna alles. Binnenkort komt ze vrij en gaat ze naar een klooster. Om te werken. Als ze niet werkt zal ze bidden. Wie is deze vrouw? Speelbal of gewetenloos monster?
***
Een thema wat mij fascineert: hoe raakt iemand in de ban van de ander en daardoor willens en wetens betrokken bij een zedendelict, of liever gezegd, hoe kan iemand gruweldaden laten gebeuren en passief werkeloos toezien.
Geschreven door Kristien Hemmerechts, gezien en beleefd vanuit 'de meest gehate vrouw van België': Michelle Martin, de (ex)echtgenote van Dutroux, een vrouw met, zo ik lees, godsdienstwaanzinnige inslag.
De terugblik gaat naar het verleden.
Een dominante, labiele moeder die haar claimde en kleineerde, waardoor zich een laag zelfbeeld vormde en de jeugd van M (Dutroux), eveneens met ontaarde ouders, loopt als een rode draad door het verhaal.
Het doet mij denken aan de verhalen van Markies de Sade.
Een monoloog van 248 pagina's
Zoals gewoonlijk laat ik graag in fragmentarische citaten Odette (Michelle Martin) -via de schrijfster- zelf aan het woord.
Op een nacht stond ze naast mijn bed. Ik was eindelijk in slaap gevallen en plotseling stond ze daar in haar lange witte nachthemd. Net een spook. Met scherpe nagels probeerde ze haar armen open te krabben. 'Niet doen, mama.' 'Het moet eruit!' 'Nee, nee, je hebt je bloed nodig.' 'Je souffre.' Hoe kon ik slapen terwijl zij leed? Ze pruilde als een meisje van acht of tien. Ze had naar de badkamer kunnen gaan, maar ze was naar mij gekomen. Ze had mij opnieuw nodig... 133
'Denk je dat ik voor mijn plezier vrouwen verkracht?' klaagde hij. 'Besef je niet dat ik liever rustig thuis voor de tv zou zitten? Heb ik erom gevraagd een penis te hebben?' 'Nee, liefje.' En ik kuste hem. Hij was een man; hij moest neuken, onderwerpen, zijn wil laten gelden. Dankzij mij kon hij een man zijn. Hij was mijn man en hij was mijn zoon, mijn broer... p. 153
'Kijk naar mij als ik tegen jou spreek, Odette.' Even was ik bang dat hij mij daar in de bezoekersruimte een klets in mijn gezicht zou geven om mij te vernederen, zoals zijn moeder hem met kletsen in zijn gezicht had vernederd. Hij had liever gehad dat ze had gespuwd, zei hij soms. Spuwen is eerlijker. M spuwde. Hij sloeg en beet en krabde... p. 162
'Jij bent niets, jij bent een nul, jij bent een vod. Zonder mij was jij niets. Alles heb je aan mij te danken. Zonder mij sliep jij nog iedere nacht bij je moeder. Wie zou jou gewild hebben als ik mij niet over jou had ontfermd? Ik heb jou gered. De woorden van de meest gehate man van België tegen de meest gehate vrouw. Als hij zich getergd voelde. Als hij vond dat ik hem uitdaagde. Als ik zijn geduld op de proef stelde. Hem in het nauw probeerde te drijven. En of ik besefte wat hij allemaal voor mij deed? Voor mij en voor mijn kinderen. Een normale vrouw zou dankbaar zijn. Zijn handen op mijn schouders en duwen, duwen tot ik op mijn knieën zat. 'Je moeder had gelijk. Jij had in dat ongeluk moeten blijven, je vader had het moeten overleven.' 'Het spijt me, M' 'Het spijt je niet.' 'Het spijt me, het spijt me echt.' ... p. 203
'Maar je voelt niets. Je klaagt altijd dat je niets voelt!' Baf, een slag in mijn gezicht. En nog een. En daarna zijn hand die mijn bh wegscheurt, zijn gehijg in mijn oren. 'Niet hier, M, niet hier waar de kinderen bij zijn. 'Mogen ze dan niet zien hoe ze zijn verwekt?' ... p. 222
Sommige vruchten worden rot zonder ooit rijp te zijn geweest. Zo'n vrucht was ik. Ik voelde me vuil als hij me aanraakte. Het vuil wond me op. Het moet, dacht ik. Alles klopte. Ik was hem dankbaar omdat hij deed wat hij deed. Het was wat ik verdiende. Als ik eraan dacht, hoefde ik de spieren van mijn kut maar een paar keer samen te trekken en ik kwam klaar. Soms fantaseerde ik dat hij op mij piste. Of hij liet me vooroverbuigen, sloeg mijn rok omhoog, trok mijn onderbroek naar beneden en kletste koeienstront tegen mijn billen. Ik wil niet dat iemand ooit nog zijn hand in mijn onderbroek steekt. Nooit meer wil ik klaarkomen. Ik heb geen kut. ... p. 226/227
Buiten de muren van de gevangenis roepen de mensen dat ik een hoer ben, een moordenares, een monster, een psychopate. Ze roepen dat ik erger ben dan M. Niet hij maar ik ben de duivel, zeggen ze. ... p. 247
Straks wanneer Zuster Virginie komt zal ik haar vragen te gaan zitten. Ik zal een teil met water vullen en die bij haar voeten zetten. Ik zal de veters van haar schoenen losmaken en haar sokken en schoenen uittrekken. Ik zal haar voeten in het water onderdompelen. Ik zal ze inzepen en opnieuw onderdompelen. Met mijn haren zal ik haar voeten afdrogen. Mijn blonde engelenhaar. Daarna zal ik languit voor haar op de grond gaan liggen. 'Red me', zal ik haar vragen. 'Verdrijf de duivel uit mijn hoofd, mijn hart, mijn lijf. Mijn lichaam is niet langer de tempel gods. De duivel heeft zich ervan meester gemaakt. ... p. 247/248
Kristien Hemmerechts de vrouw die honden eten gaf Uitgeverij De Geus